Print Friendly, PDF & Email

Als Vlaams minister van Wonen Liesbeth Homans (N-VA) niets doet, dreigt de zogenaamde asielcrisis uit te monden in een  regelrechte wooncrisis. De huurmarkt in Vlaanderen staat immers al jaren onder druk, waardoor de zwaksten – wie ze ook zijn – uit de boot vallen.

Woningen voor vluchtelingen

Elke nieuwkomer die in België aankomt, kan asiel aanvragen en zo de bescherming inroepen van de Belgische overheid. Minstens 20.000 asielzoekers kregen in de periode 2015-2016 het statuut van erkend vluchteling in België, telt het Commissariaat-generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen.

Van zodra een asielzoeker het statuut van erkend vluchteling krijgt, heeft hij recht op steun van het OCMW, maar moet hij ook binnen de twee maanden de tijdelijke opvang van Fedasil verlaten en op zoek gaan naar een andere verblijfplaats. Naar schatting 70% vestigt zich in Vlaanderen, voornamelijk in de grote steden.

De vraag is dan natuurlijk waar deze mensen hun heil moeten gaan zoeken? “Woningen vinden voor vluchtelingen is onbegonnen werk”, kopte De Standaard nog deze zomer. Het artikel beschrijft hoe welzijnsorganisaties er amper in slagen huurwoningen te vinden voor vluchtelingen. Oorzaken zijn onder andere betaalbaarheidsproblemen, wantrouwen en discriminatie, maar ook de race tegen de klok ten gevolge van het snelle doorstromingsbeleid in de opvangcentra.

sleutel_pixabay

100.000 huurders op wachtlijst

Het is geen geheim dat de sociale huurmarkt in Vlaanderen al jaren kampt met een immens capaciteitsprobleem. De vraag is er veel groter dan het aanbod, met ellenlange wachtlijsten tot gevolg. Verschillende adviezen van de Vlaamse Woonraad wijzen al langer op het schrijnend gebrek aan sociale woningen in Vlaanderen.

Uit de Armoedebarometer van Decenniumdoelen blijkt dat in Vlaanderen nog steeds meer dan 100.000 kandidaat-huurders op de wachtlijst staan voor een sociale woning. De gemiddelde wachttijd bedraagt twee tot vijf jaar, maar kan zelfs oplopen tot dik 12 jaar, zoals in Boortmeerbeek.

Stijgende huurprijzen

Dan maar op zoek naar een woning op de private huurmarkt? Alsof die markt niet al jaren onder druk staat… Een recente studie van het Steunpunt Wonen legt voor de zoveelste keer de grote en bekende pijnpunten bloot:

  • maar liefst 84% van alle woonsubsidies in Vlaanderen gaat naar eigendomsondersteuning
  • 14% gaat naar sociaal huren
  • 2% naar privaat huren.

Er vloeit met andere woorden veel meer geld naar eigenaars dan naar huurders. Bovendien heeft het belastingvoordeel voor hypothecaire leningen (de woonbonus), ondanks de laatste hervorming, nog steeds een prijsopdrijvend effect op de koopmarkt, wat zicht uiteraard ook vertaalt in stijgende huurprijzen.

“1 op 3 huurders leeft onder de armoedegrens”

Het gevolg van deze omgekeerde herverdeling is een private huurmarkt die vooral aan de onderkant zéér zwak staat. Zo leven nu al 1 op 3 private huurders op of onder de armoedegrens. Elke week worden 80 tot 250 mensen in Vlaanderen bedreigd met huisuitzetting omdat ze de huur niet kunnen betalen.

Met een gemiddelde huurprijs van 562 euro per maand hoeft het niet te verbazen dat een leefloon tussen de 833 euro en de 1100 euro ruim onvoldoende is, ongeacht hoe lang men hier al verblijft. Bovendien hanteren immokantoren vaak de één-derde-regel, die stelt dat een potentiële huurder maximaal één derde van zijn inkomen aan huishuur mag besteden.

liesbeth_homans

Homans polariseert

Het hoeft dus geen betoog dat het als nieuwkomer absoluut niet vanzelfsprekend is om een degelijke verblijfplaats te vinden. Zeker niet met een bevoegde minister – Liesbeth Homans (N-VA) – die krasse uitspraken doet als “geen sociale woning voor mensen met eigen huis in Syrië’” of “we moeten vluchtelingen durven af te schrikken”.

En wanneer de oppositiepartijen in het Vlaams parlement dit aankaarten, is haar reactie botweg dat deze partijen een voorkeursbehandeling eisen voor vluchtelingen tegenover de andere wachtende Vlamingen.

Dat is niet alleen zeer kort door de bocht, het is vooral een excuus om zelf niets te hoeven doen. Want betaalbaar wonen is in Vlaanderen een probleem voor iedereen, niet alleen voor vluchtelingen. Het gebrek aan beleid maskeren door de ene groep op te zetten tegen de andere is nogal doorzichtig.

“Betaalbaar wonen is in Vlaanderen een probleem voor iedereen.”

Helaas polariseert de minister liever dan een oplossing te zoeken. Nochtans is dat niet onmogelijk. De bestaande instrumenten moeten maximaal worden ingezet om het grondwettelijk vastgelegde recht op wonen voor zowel de meest kwetsbare groepen als voor de nieuwkomers te garanderen.

Voldoende geld voorzien is zoals steeds een eerste voorwaarde. Positief is dat er in het voorjaar eindelijk een akkoord kwam over 20 miljoen euro extra ondersteuning voor lokale besturen om de vluchtelingencrisis aan te pakken. Dat geld wordt verdeeld onder de gemeenten, die op hun beurt kunnen kiezen om het bedrag in te zetten op bijvoorbeeld woonbegeleiding.

Het is ook toe te juichen dat de laatste ‘superministerraad’ voor het zomerreces besliste om 10 miljoen euro extra uit te trekken voor de ondersteuning van de Sociale Verhuurkantoren (SVK’s), zodat meer woningen via een SVK kunnen worden verhuurd.

2 maanden is te kort

Om te vermijden dat deze vluchtelingencrisis regelrecht omslaat in een wooncrisis moeten er echter ook maatregelen genomen worden specifiek voor nieuwkomers. Zo dringt in de eerste plaats een gecoördineerde en coherente samenwerking met de federale overheid zich op.

Dat steden en gemeenten werden gevraagd om 34.000 opvangplaatsen te voorzien, en dat er nadien berichten komen over het grote aantal plaatsen dat niet opgevuld geraakt, is wraakroepend en getuigt van een weinig coherente aanpak tussen het federale, het Vlaamse en het lokale beleidsniveau.

In het verlengde daarvan pleitten verschillende experts ervoor om de termijn tussen het bekomen van het statuut van erkend vluchteling en het moeten verlaten van de opvang waarin men op dat moment verblijft, op te trekken van 2 naar 4 maanden.

Omwille van de hierboven beschreven problematieken op zowel de sociale als de private huurmarkt, met daarbij nog een taalachterstand, een beperkt sociaal netwerk en vaak geen job, is het praktisch onmogelijk om op 2 maanden tijd een woning te vinden.

Tenslotte kan ook het systeem van huursubsidies gebruiksvriendelijk gemaakt worden, niet alleen voor nieuwkomers, maar ook voor mensen die hier al langer verblijven maar moeite hebben om een geschikte woning te vinden. Maar zeker voor de groep nieuwkomers zal actief inzetten op begeleiding er voor zorgen dat zij hun weg vinden naar de bestaande instrumenten.

roomsforrent_pixabay

Praktijktests

En dan hebben we het nog niet over de discriminatie op de huurmarkt gehad, die op basis van inkomen of afkomst al jaren in Vlaanderen woedt. Recent nog berichtten verschillende media over een onderzoek van de vakgroep Sociologie van de Universiteit Gent over discriminatie van etnische minderheden die op basis van praktijktests werd vastgesteld op de Gentse vastgoedmarkt.

De reactie van minister Homans dat ze geen voorstander is van dergelijke praktijktests, want  “het is en blijft aan de verhuurder om te kiezen voor de meest geschikte kandidaat”, is dan ook weinig hoopgevend.

Als minister Homans wil vermijden dat de vluchtelingencrisis de wooncrisis in Vlaanderen nog verder uitdiept, is het moment nú aangebroken om actie te ondernemen. Straks wordt het weer winter…

Tip

Naar aanleiding van de Werelddag van Verzet tegen Armoede trekt het Netwerk tegen Armoede de campagne ‘Investeren in wonen’ op gang. Alle info op www.investereninwonen.net.

investeren-in-wonen

Share on FacebookTweet about this on TwitterShare on LinkedInEmail this to someone