Print Friendly, PDF & Email

“We lopen te zweten, krijgen dan koud en worden ziek doordat we altijd nat van het zweet zijn. De werkgever heeft zonnescreens geïnstalleerd maar eigenlijk is het gebouw te veel verouderd om het beter te maken.”

De voorbije jaren hebben aangetoond dat klimaatverandering een realiteit is. Hittegolven en noodweer zijn aan de orde van de dag. Net als bij de coronacrisis, staat de zorgsector hier in de frontlinie. Verpleegkundigen, opvoeders, kinderverzorgers en alle andere werknemers in de brede zorgsector ervaren vandaag al de gevolgen van klimaatverandering op hun werk. Dit gaat alleen maar erger worden. Hierop moeten we ons voorbereiden.

In een context van hoge werkdruk, personeelstekort en verouderde gebouwen, is dit voor de zorgsector geen evidente uitdaging. Reset.Vlaanderen sprak de afgelopen maanden met werknemers in de zorg over de impact die klimaatverandering heeft op hun werk. Wat zijn hun ervaringen en bezorgdheden? Hoe gaan we in gesprek over aanpassingen die we moeten doen in een veranderend klimaat? Wat zijn goede voorbeelden van acties waar zorg, duurzaamheid en werkbaar werk hand in hand gaan?

KLIMAATVERANDERING

De zomer van 2021 is de natste sinds de start van de metingen. 2020 was het warmste jaar in Europa ooit. Wereldwijd waren de afgelopen zes jaren de warmste zes ooit geregistreerd. Deze temperatuurstijgingen gaan gepaard met extreme weersverschijnselen zoals overstromingen, droogtes en bosbranden, die geleidelijk intenser en frequenter worden. Er bestaat wetenschappelijke overeenstemming over dat dit de gevolgen van klimaatverandering zijn.

Om de klimaatverandering niet verder door te laten zetten en de stijging van de temperatuur tegen het einde van de eeuw niet boven de 1,5°C uit te laten komen, werd in 2015 het Klimaatakkoord van Parijs afgesloten. De ambities liggen volgens velen niet hoog genoeg. Wat zeker is, is dat vele landen niet op schema zitten wat betreft het behalen van de doelstellingen. Als we doorgaan zoals nu, zal het volgens o.a. Climate Action Tracker eerder om een opwarming van 3°C gaan. We moeten een tandje bijsteken – en snel. We hebben tien jaar om onze CO2-uitstoot minstens 50% terug te dringen en zo de temperatuurstijging te stabiliseren op 1,5°C.

Zelfs dat best case scenario betekent echter dat we leven in een nieuwe realiteit. Het is tijd voor klimaatadaptatie.

Klimaatadaptatie

Het hoofddoel van klimaatadaptatie is de kwetsbaarheid voor de klimaatverandering van specifieke gebieden, economische sectoren of bevolkingsgroepen verminderen. Goed geplande, vroegtijdige aanpassingsmaatregelen kunnen later geld besparen en levens redden. Volgens de Europese Commissie zou bijvoorbeeld elke euro die wordt besteed aan bescherming tegen overstromingen, zes euro aan schadekosten kunnen besparen.

Volgens de Europese Commissie zou elke euro die wordt besteed aan bescherming tegen overstromingen, zes euro aan schadekosten kunnen besparen.

Aanpassingsmaatregelen kunnen de vorm aannemen van investeringen in infrastructuur ter bescherming tegen natuurrampen, de ontwikkeling van hulpbronnenefficiënte beheersystemen, de versterking van socialebeschermingsstelsels of de toepassing van adequate preventiemaatregelen. Klimaatadaptatie is iets anders dan klimaatmitigatie, waarbij je probeert uitstoot te verminderen (door over te schakelen op hernieuwbare energie, duurzame mobiliteit, lokaal geproduceerde voeding, …). Tegelijkertijd is het verminderen van uitstoot natuurlijk wel een goede maatregel om ergere gevolgen van klimaatverandering te voorkomen. Wereldwijd is de gezondheidszorg verantwoordelijk voor zo’n 4,5% van de totale CO2-uitstoot.

GEVOLGEN VOOR GEZONDHEID EN ZORG

De impact van klimaatverandering op onze gezondheid wordt vaak onderscheiden in primair, secundair of tertiair.

Primaire gevolgen hebben een directe link met hitte of extreme weersomstandigheden. Denk aan hittestress (het niet kunnen afvoeren van de warmte door het lichaam) of verwondingen bij regen of storm. Dit is momenteel al aan de orde: in 2020 stierven er op de warmste dagen in België meer dan 400 mensen per dag aan de hitte. De hittegolf van 2003 heeft in de hele EU bijna 70.000 duizend mensen het leven gekost – dit zou verdubbelen bij het scenario waarin de aarde 3°C opwarmt.  Bijna 200 mensen lieten het leven door de overstromingen in Europa in 2021. Geschat wordt dat er in België bij een hittegolf dagelijks 2000 mensen extra in het ziekenhuis worden opgenomen. Hittegolf-episodes worden ook in verband gebracht met psychische problemen.

Secundaire gevolgen zijn gelinkt aan verstoringen van het ecosysteem: denk aan nieuwe ziektes of toename van ziektedragers als teken en muggen. Wereldwijd verwacht de WHO tussen 2030 en 2050 250.000 extra doden door ondervoeding, malaria, diarree en hittestress ten gevolge van klimaatverandering. Tertiaire gevolgen tenslotte, hebben te maken met de verstoring van sociale, politieke of economische systemen die leiden tot ontwrichting en geweld.

Door hun inplanting – in stedelijk gebied, met veel beton en weinig groen, zijn veel zorginstellingen vatbaar voor het ‘hitte-eilandeffect’.

Zorginstellingen zelf hebben daarnaast ook een kwetsbaarheid voor de gevolgen van klimaatverandering door hun ligging. Tegenwoordig is 7,3% van de openbare instellingen in België gevoelig voor gevaarlijke overstroming. Door hun inplanting – in stedelijk gebied, met veel beton en weinig groen, zijn veel zorginstellingen daarnaast vatbaar voor het ‘hitte-eilandeffect’ waarbij hitte wordt vastgehouden en temperaturen 7 tot 8 graden hoger kunnen liggen dan in omringend gebied. Op de site van het Klimaatportaal kun je zien hoe dat voor elke gemeente zit.

Gevolgen voor het personeel

De zwaarste gevolgen van klimaatverandering op het werk worden verwacht voor de zorgsector en voor hulp- en reddingsdiensten. Zij zullen direct geconfronteerd worden met de gevolgen van klimaatverandering voor de gezondheid. Ook vandaag al is het moeilijk werken op warme dagen. Patiënten en bewoners hebben meer en andere zorg nodig en het veelal fysieke werk valt zwaarder. In tegenstelling tot andere openbare diensten kunnen zorgverleners hun uurroosters niet aanpassen.

Het personeel in de zorg moet omgaan met die gevolgen in een situatie die vaak al uitdagend is. De coronacrisis heeft duidelijk gemaakt in hoeverre de sector de afgelopen jaren ondergefinancierd werd, met een tekort aan personeel, bedden, uitrusting en apparatuur op het hoogtepunt van de pandemie. Met de toenemende vergrijzing stijgt de vraag naar zorg alleen maar.

In Vlaanderen worden enkel de woonzorgcentra tijdens warme dagen door de zorginspectie van het departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin gecontroleerd op de uitvoering van het hitteplan.

Werkdruk is een groot probleem in de zorg, zoals Elisabeth Geenen recent op deze pagina toelichtte. Door de media-aandacht en sociale druk tijdens de coronacrisis heeft de vakbond in België loonsverhoging en betaalde opleiding voor duizend nieuwe krachten bekomen. Het is belangrijk dat werknemers hun stem blijven verheffen, ook rond klimaat. Samen kunnen ze strijden voor oplossingen die tegemoet komen aan de uitdagingen van klimaatverandering en het werk werkbaar maken.

HET WETGEVEND KADER

 Als we kijken naar de wetgeving in België voor wat betreft klimaatadaptatie in de zorg, zien we verschillende invalshoeken.

  • FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg geeft richtlijnen om werknemers die fysieke inspanningen moeten leveren, te beschermen op warme dagen. Werkgevers zijn bijvoorbeeld verplicht een risicoanalyse uit te voeren en moeten bij bepaalde temperaturen beschermingsmiddelen bieden, verfrissende dranken voorzien en verluchtingssystemen installeren.
  • Na de extreem warme zomer van 2003 heeft de FOD Volksgezondheid een Ozon- en Hitteplan opgesteld. Hierin worden op basis van temperaturen verschillende fases onderscheiden, waarbij de bevolking respectievelijk waakzaam, gewaarschuwd of gealarmeerd moet worden. Advies dat hierin wordt gegeven gaat over veel drinken, binnen blijven en fysieke inspanning beperken. Alle door ons geïnterviewde instellingen werken met een hitteplan, al dan niet geïnspireerd op dit federaal hitteplan. In Vlaanderen worden enkel de woonzorgcentra tijdens warme dagen door de zorginspectie van het departement Welzijn, Volksgezondheid en Gezin gecontroleerd op de uitvoering van het hitteplan.
  • Tenslotte is er vanuit hetzelfde departement wetgeving in ontwikkeling die eisen stelt aan nieuwe gebouwen op vlak van adaptatie en duurzaamheid, als criteria om van hun subsidies gebruik te maken. Deze wetgeving houdt ook rekening met de werkomstandigheden voor het personeel.

Paradoxen bij het naleven van de wet – 1) werkdruk

Voor de werknemers die wij spraken, is omgaan met deze wetgeving niet evident. Het naleven van de hitteplannen en de eisen van de zorginspectie bijvoorbeeld, betekent dat de werkdruk omhoog gaat. Er is constant meting van temperatuur en toevoer van vocht nodig – veel patiënten en bewoners kunnen dit niet zelfstandig. Op die manier kunnen de werknemers onmogelijk de beschermingsrichtlijnen ter harte nemen.

“Wanneer er een hitteplan uitgevoerd wordt, krijgen wij een mail waarin staat dat we meer pauze moeten nemen. Maar zonder extra personeel is dat niet mogelijk.”

Zoals een verpleegkundige in een leefgroep voor mensen met fysische beperkingen en spierziekten vertelde: “Onze bewoners zijn mentaal heel goed, dus die weten wat ze willen. Ze hebben wel hulp nodig bij bijna alles wat ze doen. Resultaat is dat we heel de dag bezig zijn, voornamelijk op hete kamers zonder airco. Wanneer er een hitteplan uitgevoerd wordt, krijgen wij een mail met hoe-en-wat waarin ook staat dat we meer pauze moeten nemen. Maar zonder extra personeel is dat niet mogelijk.” In instellingen waar dit wel lukt, wordt vaak gerekend op flexibele inzetbaarheid van andere medewerkers.

Paradoxen bij het naleven van de wet – 2) verouderde gebouwen

Een tweede moeilijkheid die benoemd moet worden, is de staat van de gebouwen waarin veel van de zorg gevestigd is. Omdat klimaatvriendelijk renoveren in het geval van verouderde gebouwen zich enkel over een heel lange termijn financieel terugbetaalt, wordt dit vaak niet gedaan. Men kiest voor nieuwbouw. Veel van de klimaatcriteria hiervoor zijn, zowel op Europees vlak als op nationaal vlak, nog in ontwikkeling. Dat er nog geen eenduidigheid is over de criteria, maakt het voor nieuwbouwprojecten vandaag heel moeilijk.

De grote vraag is: wat doen we in de tussentijd met de oude gebouwen? In UZ Gent is voor volledige state-of-the-art nieuwbouw gekozen, maar die is pas over acht jaar klaar. “Tussen nu en 2029 gaan we het letterlijk en figuurlijk moeten uitzweten”, zegt Yves Derycke, voorzitter van het ACOD bij het ziekenhuis: “Afgelopen zomer is er wel een aantal keer aan de bel getrokken: ‘Jongens, we zijn hier aan het stikken van de warmte.’ Het was 37 of 38 graden op sommige patiëntenkamers. Stel je voor, je hebt net een transplantatie gehad… Dat heeft wel een effect. We werken met ad hoc oplossingen zoals lichtere kledij en mobiele airco’s die een hoop elektriciteit verbruiken, maar het is een beetje dweilen met de kraan open.”

Het was 37 of 38 graden op sommige patiëntenkamers.

Airconditioning is inderdaad geen klimaatvriendelijke oplossing, maar in dit geval broodnodig om goede zorg te kunnen bieden. Gelukkig heeft UZ Gent op andere vlakken klimaatadaptatie wél duurzaam kunnen realiseren, bijvoorbeeld door bij de aankoop van die lichtere kledij te bewaken dat die duurzaam geproduceerd werd. Ook zijn er drinkfonteinen doorheen het ziekenhuis aangelegd: zo kan het personeel gemakkelijk drinken en zijn er geen plastic flessen meer nodig. Hier gaan klimaatadaptatie en -mitigatie hand in hand.

GOEDE VOORBEELDEN

Het meest vooruitstrevend op het vlak van klimaatadaptatie zijn de zorginstellingen waar duurzaamheid deel uitmaakt van hun visie. In Vlaanderen zijn dit bijvoorbeeld zorginstellingen die zijn gegroeid uit het middenveld. Bij gebrek aan tijdige strategie vanuit de overheid, werken zij vanuit hun eigen strategie. Zoals Johan Baert, financieel manager van Groep Ubuntu (zorginstelling voor mensen met afstand tot de arbeidsmarkt) vertelt: “De strategische doelen van onze vzw worden allemaal afgetoetst aan de SDG’s. Het is natuurlijk in ons voordeel dat we aan het einde van het jaar geen dividend hoeven uit te keren aan aandeelhouders: als vzw wordt alle winst weer geïnvesteerd in de werking. Onze gebouwen worden constant gerenoveerd met oog voor duurzaamheid en hernieuwbare energie.”

Een ander voorbeeld van een duurzame oplossing is de inplanting van meer natuur. Meer bomen en ander groen in en rond zorginstellingen zijn niet alleen goed voor het welzijn van patiënten en personeel, ze zijn ook goed voor het milieu. Inzetten op natuur is, net als aandacht voor fysieke beweging en sociale cohesie, een voorbeeld van preventieve zorg. In België gaat slechts 2,2% van het budget voor gezondheidszorg naar preventieve zorg. Toen het Vlaams Agentschap voor Natuur en Bos in 2019 en 2020 de oproep ‘Natuur in je Buurt’ lanceerde, kwamen er tal van ziekenhuizen met waardevolle experimenten:  denk aan bosrijke ruimtes waar patiënten, personeel en omwonenden gebruik van kunnen maken of wachtkamers in de natuur. Structurele financiële steun is onontbeerlijk om dergelijke experimenten op te schalen. Benno Geertsma van het Vlaams netwerk Natuur en Gezondheid: “Er is bij onze partners uit de groene en zorgsector ontzettend veel goesting om meer te doen, maar alle steun is tijdelijk. De verschillende ministers vinden elkaar niet. Zo blijft de link tussen natuur en gezondheid een blinde vlek.”

Het meest vooruitstrevend op het vlak van klimaatadaptatie zijn de zorginstellingen waar duurzaamheid deel uitmaakt van hun visie.

Verschillende stemmen in het middenveld roepen op om ons zorgmodel grondig te herzien in functie van duurzaamheid. Ann Demeulemeester bijvoorbeeld, directeur van Vlaanderens grootste thuiszorgorganisatie Familiehulp, pleit voor een beleid van geïntegreerde zorg en buurtzorg op basis van samenwerking in buurten. Hierdoor hoeven er ook minder kilometers per auto te worden afgelegd. Veel good practices rond klimaatadaptatie die we vernamen in onze gesprekken, zijn ontstaan uit de samenwerking tussen verschillende lokale diensten.

De rol van de vakbond

Wanneer visie en financiën niet in de richting van klimaatadaptatie gaan, zijn het vandaag de werknemers die een verschil maken. Vaak via het Comité Preventie en Bescherming op het Werk, maken zij de directie met succes opmerkzaam op zaken die kunnen worden verbeterd of kansen die er liggen. Omdat de impact van klimaatverandering op gezondheid én op het werk in de zorg alleen maar groter zal worden, is het belangrijk dat vakbonden in de zorg het thema klimaat stevig oppakken.

Inspiratie kunnen we vinden in Noord-Amerika. Sinds orkaan Sandy door de Verenigde Staten en Canada woedde in 2012, nemen verplegersvakbonden hier een grote rol op in de klimaatbeweging. Ze spreken hierbij klare taal. De New York State Nurses Association richt zich rechtstreeks tot de energiebedrijven. Deze industrie blijft fossiele brandstoffen ontginnen en verbranden. Verbranding van fossiele brandstoffen is niet alleen de voornaamste oorzaak van CO2-uitstoot, de verpleegkundigen brengen haar terecht in verband met ziektes als astma, diabetes en kanker. Overheidsbeleid stelt de winsten van de fossiele brandstofindustrie zeker ten koste van het leven op aarde. “The cure for our energy system is the same cure we prescribe for our healthcare system:  It’s time to put people over profits!” aldus deze vakbond. Ze protesteert tegen vervuiling, werkt aan oplossingen voor schone en democratische energie en werkgelegenheid en gaat partnerschappen aan om tot klimaatrechtvaardigheid te komen.

Omdat de impact van klimaatverandering op gezondheid én op het werk in de zorg alleen maar groter zal worden, is het belangrijk dat vakbonden in de zorg het thema klimaat stevig oppakken.

Ook in Canada, waar branden, overstromingen en hittegolven blijven huishouden, neemt de koepel Canadian Federation of Nurses Unions een leidende rol op als het gaat om klimaatadaptatie en de strijd tegen verdere klimaatverandering. In het rapport Climate Change and Health: It’s Time for Nurses to Act roept de federatie collega’s op om uitstoot in de zorg en in de gemeenschap te verkleinen, collectief druk te zetten op nationale overheden om de doelstellingen van Parijs te halen en zich voor te bereiden op de gevolgen van klimaatverandering. Hierbij wordt extreem weer genoemd, maar ook de komst van klimaatvluchtelingen – die in veel gevallen grote risico’s hebben genomen om hun land te ontvluchten en getraumatiseerd zijn.

Deze strijd begint klein: door erover te praten met collega’s en onze vakbondsvertegenwoordigers. Bewustzijn van de manier waarop klimaatverandering het werk vandaag al beïnvloedt, kennis van de oorzaken en gevolgen van klimaatverandering én besef van de noodzaak om ons aan te passen, zijn cruciaal.

SAMEN VOOR KLIMAATACTIE

Als we niet willen dat zorgpersoneel en zorgbehoevenden diep in de problemen komen door klimaatverandering, moeten werkgevers en overheden dringend en grootschalig op aanpassingen inzetten. Aanpassingen die de problemen op termijn niet zullen verergeren: werkdruk en CO2-uitstoot moeten omlaag, niet omhoog. De goede voorbeelden die we tijdens onze gesprekken tegenkwamen, tonen aan dat klimaatadaptatie gelijk op kan gaan met werkbaar werk en kwaliteitsvolle zorg.

Geïnformeerd personeel is via vakbonden in een sterke positie om de dialoog over klimaatadaptatie aan te gaan. De milieubeweging slaat binnenkort weer volop aan het mobiliseren. Misschien is het tijd voor een flinke dosis Witte Woede op de volgende klimaatbetoging?

Wil je werk maken van klimaatadaptatie? Doe mee met de Europese campagne Climate- and Employment Proof Our Work van ITUC! Op de wereldwijde actiedag 22 september 2021, worden werknemers uitgenodigd om met hun werkgever of overheid in gesprek te gaan over een veilige en duurzame toekomst voor hun job en werkplek. Schrijf je in en ga de dialoog aan! #CEPOW
Share on FacebookTweet about this on TwitterShare on LinkedInEmail this to someone