Print Friendly, PDF & Email

Op 5 maart, een week voor de lockdown, kwam de zorg- en welzijnssector op straat tegen vergaande Vlaamse en Federale besparingen in de sector. Vorige week organiseerde de sector een week lang acties om opnieuw hun bezorgdheid te uiten na maanden keihard werken. Wat ze vragen? Structurele waardering en betere arbeids- en loonsvoorwaarden.

Ze doen dat niet toevallig. Uit de recentste cijfers van de werkbaarheidsmonitor in de zorg- en welzijnssector, die vorige week verscheen, blijkt dat de werkdruk al voor de Covid-uitbraak torenhoog was in de sector. De werkbaarheid is op 6 jaar tijd met 8% gedaald naar 50,8% in 2019, veel meer dan gemiddeld op de arbeidsmarkt. Vooral de jeugdbijstand en gehandicaptensector kende een hallucinante daling van de werkbaarheid met bijna 12%. Maar ook de woon-zorgcentra kende een daling met wel 10% naar 41,5%.

Toename van werkstress en demotivatie

Onder werkbaar werk verstaan we jobs waarvan je niet overspannen en ziek wordt, die je motiveren en je vreugde brengen. Er moeten voldoende leermogelijkheden zijn en een goede balans tussen privé en werk. Specifiek voor de sector zien we vooral een toename van werkstress en demotivatie. Zo heeft 39,4% van de werknemers werkstressklachten, bij 14,3% is er sprake van burn-outsymptonen; 15,9% kampt met motivatieproblemen; bij 7,1% gaat het om ernstige demotivatie; 1,4% heeft onvoldoende leermogelijkheden en 11,1% signaleert problemen in de werk-privébalans. De sector doet het daarmee vandaag slechter dan in 2013, op vlak van werkstress (+10%), werkplezier (-4,1%), de combinatie werk-privé (-2,5%). Inzake leermogelijkheden doet de sector het nog steeds beter dan de gemiddelde Vlaamse arbeidsmarkt, maar ook hier is er sinds 2016 een lichte daling (-0,6%).

In alle subsectoren zien we dezelfde trend. In de ziekenhuizen nemen de werkstressklachten toe met bijna 8% tot 40,1%. In de woon-zorgcentra stijgt het aandeel werknemers dat geconfronteerd wordt met werkstress en demotivatie nog sterker met resp. 10% en 6%. Binnen de gehandicaptenzorg en de jeugdbijstand is er zelfs een verdubbeling van de werkstressklachten (van 22,2% naar 39,3%) en een verdubbeling van een problematisch onevenwicht tussen werk-privé (van 5,9% naar 13,1%). Binnen de gezins- en bejaardenhulp zorgen de stijging van de werkstress (van 23,5% naar 34,1%) voor een daling van de werkbaarheidsgraad van 62,9% naar 54,1%.

Te hoge werkdruk als belangrijkste oorzaak

Hoge werkdruk, zware emotionele belasting, fysiek zware arbeidsomstandigheden, een gebrek aan autonomie en te veel routinematig werk worden als problematisch ervaren. Er is bovendien drie keer meer agressie op het werk in vergelijking met de ruimere arbeidsmarkt.

In 2019 wordt 41,7% van de werknemers met een hoge werkdruk geconfronteerd en ligt daarmee een stuk hoger dan het gemiddelde op de Vlaamse arbeidsmarkt.

Hoge werkdruk, zware emotionele belasting, fysiek zware arbeidsomstandigheden, een gebrek aan autonomie en te veel routinematig werk

De toegenomen werkdruk is onder andere een gevolg van het nijpend personeelstekort. Het is al jaren dé grote uitdaging voor de sector. Dit kan enkel als er meer waardering komt voor het zorgpersoneel: betere arbeids- en loonvoorwaarden, meer kansen tot opleiding in de job.

De impact van covid-19 is simpelweg enorm

De nieuwe studie bleef vorige week wat onder de radar omdat het over cijfers gaat van voor de corona-crisis. Maar het mag duidelijk zijn dat de crisis de cijfers niet bepaald beter zal gemaakt hebben. Dat blijkt ook uit de recentste bevraging van De ZorgSamen, een online platform voor de mentale ondersteuning van iedereen die werkt in zorg en welzijn. Dit platform organiseert maandelijks een bevraging uit verschillende beroepsgroepen binnen de zorg- en welzijnssector over de impact van de COVID19 pandemie op het persoonlijk en professioneel leven. De impact is simpelweg enorm.

De COVID19 pandemie zorgt voor een langdurige druk bij het zorg- en welzijnspersoneel. Op persoonlijk vlak zien we dat meer dan de helft van de zorgprofessionals onder druk staat, vermoeid en hyperalert zijn. Dat is dubbel zo veel dan in normale omstandigheden. 4 op de 10 medewerkers rapporteren slaaptekort. Bijna 1 op 4 kampt met concentratiestoornissen en angst. Dat is vijf keer meer dan normaal. Ook op professioneel vlak neemt de druk toe. Begin mei twijfelde 22% aan kennis en kunde, 15% dacht er vaak aan te stoppen met het beroep. Meer dan 2 keer hoger dan in normale omstandigheden.

Op persoonlijk vlak zien we dat meer dan de helft van de zorgprofessionals onder druk staat, vermoeid en hyperalert zijn.

Sociale steun vinden medewerkers bij hun collega’s, partner en vrienden. Een betere ondersteuning van leidinggevenden is echter wenselijk. Gemiddeld is 44% van de medewerkers tevreden van het gesprek met de leidinggevende, in ziekenhuizen ligt dit 10% lager en in woon-zorgcentra 8% hoger. 1 op 10 van de ondervraagden geeft aan dat het geen positief gesprek was en 15% dat ze niet in gesprek gingen met hun leidinggevende maar er wel nood aan hadden. Wat betreft professionele ondersteuning door een psycholoog: 7% had er een (positief) gesprek mee; 15% had wel nood aan dit gesprek maar ging het niet aan.

De psychische noden bij de zorgverleners zijn hoog en de druk zal nog verhogen. Door de heropstart van activiteiten, de uitgestelde zorgvragen opvangen, opnieuw bezoek toelaten, de opening van de scholen en een mogelijke tweede piek van de pandemie in het najaar… De zorgbarometer leert dat het aanbod aan psychische ondersteuning verder uitgebouwd moet worden en breed beschikbaar moet zijn voor alle zorgsectoren en zorgberoepen.

Tijd voor een nieuw zorgpact

Beide studies tonen aan dat de druk op het zorgpersoneel zowel voor als tijdens de crisis bijzonder hoog was. Tel daar de signalen bij van personeel dat zegt uitgeput te zijn door zowel de fysieke als mentale erg zware crisisperiode en iedereen begrijpt dat er zowel op korte als lange termijn problemen zijn die aangepakt dienen te worden. Niemand wil een zorgsector met te weinig, overwerkt of overbelast personeel. Noch voor zichzelf, noch voor de anderen. De coronacrisis toont bovendien aan dat de structurele ondersteuning van de zorg- en welzijnssector evenmin iemand ten goede komt.

Het is dan ook geen wonder dat de sector – nu de crisis aan kracht is afgenomen – met acties in heel het land de structurele problemen aankaart. Het personeel in de zorg- en welzijnssector vraagt concreet meer handen op de werkvloer, betere loon- en arbeidsvoorwaarden en meer opleiding en vorming. De werknemers van deze essentiële sectoren hebben structurele verbeteringen nodig op letterlijk elk van die domeinen. Dat leidt vanzelf tot een betere zorg en meer welzijn voor iedereen.

Concrete eisen ABVV Social Profit:

  • Het nijpende personeelstekort aanpakken door de personeelsnormen te versterken;
  • De erkenning als essentieel beroep vertalen in betere loon- en arbeidsvoorwaarden;
  • Meer aandacht voor opleiding en bijscholing van het personeel in de sector;
  • Betere controle arbeidsduur om te komen tot een betere balans werk-privé;
  • Agressiebeheersing als prioritair aandachtspunt;
  • Aanleggen van een strategische stock aan veiligheidsmateriaal;
  • Preventie op de werkvloer en nazorgtrajecten om de persoonlijke en professionele impact van de crisis op te vangen.

Om dit te realiseren zijn er middelen nodig. Het is vandaag aan de regeringen om hier, samen met ons, werk van te maken.

De sector voerde vorige week actie in de instellingen en online met de #ZorgpactNU. Foto’s en filmpjes zijn te bekijken op de Facebookpagina ABVV Social profit.

Meer info via www.zorgpact.be

Share on FacebookTweet about this on TwitterShare on LinkedInEmail this to someone